Daar fietst Jannie Top, richting haar dorp Baflo. In haar hand een felgekleurd visnetje. Niet om mee te vissen of vlinders te vangen, zegt ze. ´Het is voor Sint-Maarten, zodat ik op 1,5 meter iets aan de kinderen kan geven.´
´Ik lig ´s nachts vaak te prakkiseren. Hoe kan ik de kinderen het snoepgoed veilig geven? Zo kwam ik op het idee van een visnetje. Later las ik in de folder van de Blokker dat zij die verkopen voor Sint-Maarten.´
Jannie (65) komt dus regelrecht van de winkel in huishoudelijke artikelen in Winsum. Meestal gaat ze naar dat dorp om te helpen als vrijwilliger in de openbare bibliotheek. Doet ze al 13 jaar.
Kinderen trekken meer naar de winkels
De kinderen krijgen bij haar (en haar man Anko) dit jaar marsjes en snickers als beloning voor hun mooie lampion en zangtalent. ´Vroeger gaf ik ook wel geld en toen onze kinderen klein waren, heb ik eens een grabbelton gemaakt. Dat was een groot succes.´
Ze bespeurt in haar straat – de Dr. M. Noordewierstraat – een afnemende belangstelling voor het kinderfeest. ´Er kwamen altijd rond de vijftien kinderen aan de deur, maar de laatste jaren halen we dat niet eens. Kinderen trekken toch meer naar het centrum, waar de winkels zijn en ze meer hopen te krijgen.´
En wat gebeurt er na 11 november met het netje? ´Het is misschien iets voor onze kleinkinderen om mee te vissen. Ze zijn 8, 7 en 5.´