Klompen maken, Eenrumer klompen. Douwe (79) en Robert (55) van der Meulen zijn woensdagmorgen bezig met wat ze al jaren doen in navolging van hun (voor)ouders Douwe en Jetze. ´Dit verveelt nooit´, zegt Douwe in de werkplaats, ´maar het is natuurlijk ook ons werk.´
De grootvader van Douwe begon de klompenmakerij en 119 jaar later is het nog altijd een springlevend bedrijf. ´Tot 1920 was het puur handwerk, daarna kwamen de machines. Wat dat betreft is het werk er steeds eenvoudiger op geworden. In de jaren zeventig hebben we het bedrijf uitgebreid met een schoenmodezaak.´
Vader en zoon – beiden geduldig van aard, een onmisbare eigenschap voor dit ambacht – maken de klompen van wilgenhout, veelal afkomstig uit het Noorden. ´Het is licht en taai hout. Daarmee maken we het onszelf moeilijk, maar het levert de beste kwaliteit klompen op´, vertelt Douwe.
Vader en zoon zijn geduldig van aard, een onmisbare eigenschap voor dit ambacht
Robert: ´Het is tegenwoordig moeilijk om aan goede bomen te komen door de moderne, rigoureuze snoeiwijze van wilgen, het kandelaberen. Dat tast de kwaliteit van het hout aan.´
De werkplaats staat vol met machines. Bij de afwerking van de klompen komt het echt op handwerk aan. Riemgaten maken, riempje bevestigen, figuurtjes inkerven, de maat erin stempelen, verven. ´Vroeger had je witte of zwarte klompen. Tegenwoordig zijn alle kleuren mogelijk.´
Robert kan als geen ander ook nog op honderd procent ambachtelijke wijze klompen maken. Hij demonstreert dat geregeld op braderieën en andere evenementen. ´Robert is er zelfs Nederlands kampioen mee geworden. Hij kan dat veel beter dan ik´, zegt zijn vader eerlijk. Robert: ´We hadden ons in de jaren tachtig aangemeld voor een stand op de beurs van Op Roakeldais en toen heb ik opa Jetze gevraagd of hij mij het oude ambacht wilde leren. Je wilt de mensen toch iets bijzonders laten zien.´
Opa Jetze heeft mij het oude ambacht geleerd
In Nederland zijn nog dertien klompenmakers. Het aantal is al decennialang dalende. Of er nog een vijfde generatie Van der Meulen in zit, wagen vader en zoon te betwijfelen. ´Denk het niet´, zegt Douwe. Aan zijn gezicht is te zien dat hij dat betreurt. Maar hij begrijpt dat zijn kleinkinderen andere keuzes maken.
Toch hebben de Eenrumer klompen nauwelijks aan populariteit ingeboet. ´Er zijn veel ouderen die op klompen lopen, maar ook jongeren van in de twintig. Elke week verwelkomen we nieuwe klanten, maar er vallen ook klanten weg, vooral door ouderdom en overlijden. Opmerkelijk is dat er steeds meer klanten van verder weg komen. Ik mopper wel eens op de hoeveelheid auto´s in de straat, maar voor de klompenmakerij is dat een goede zaak.´
Vijf generaties op klompen, de oudste 97 jaar, de jongste 1,5
Robert vertelt over de baas van een houtzagerij in de Betuwe die voor tien paar klompen langskwam. ´We maken elke dag klompen omdat we over een behoorlijke voorraad in alle maten willen beschikken. Je kunt tegen klanten die van ver weg komen niet zeggen dat ze later maar moeten terugkomen. Maar toen die meneer in de winkel stond, moest ik de klompen werkelijk overal vandaan halen.´
Zijn zus Marianne, die met moeder Hanna de winkel runt: ´Laatst kwam een mevrouw van 94 klompen kopen. Ze twijfelde tussen twee kleuren, maakte uiteindelijk een keus en zei: volgende keer neem ik de andere kleur. Mooi toch?´
Vervolgens zoekt ze op haar smartphone en laat een foto zien die een andere klant haar stuurde: vijf paar voeten in paarse klompen. Niet zonder trots: ´Eén familie, vijf generaties, de oudste is 97 jaar, de jongste 1,5. Dit is toch wel het bewijs dat klompen voor jong en oud zijn!´w