Ben je van beroep kapitein van een zeesleper, vaar je in je vrije tijd met een skûtsje door (vooral) de provincie Groningen en op de Waddenzee. ´De zee is werk en levert risico op, dit is lekker ontspannen. Zodra je wegvaart, heb je het vakantiegevoel te pakken´, zegt Pieter Kremer.
Noorderling heet het schip van Pieter en Monique. Het is voor schipper Renze de Vrieze uit Veendam met inruil van zijn houten skûtsje in 1902 gebouwd bij Van der Werff in Langewijk, bij Drachten.
´Het is een van de eerste stalen skûtjes. Met het schip is het hele rataplan vervoerd. Turf, mest, terpaarde, suikerbieten, graan, aardappelen. In elk geval tot 1957 zat er nog geen motor in.´
Pieter en Monique zijn sinds zes jaar eigenaar. Vaste ligplaats is het Boterdiep, vlakbij de brug Nije Draai in Zuidwolde. Niet al te ver van hun woning, wel zo praktisch. De naam Drie Gebroeders (voorheen Memento Mori) doopten ze om tot Noorderling.
´De eigenaar belde ons op en zei dat hij het graag aan ons wilde verkopen. We kenden het schip al, hadden ermee gevaren.´
´Tja, je hebt er aardig wat werk mee, je wilt het schip in goede staat houden. Maar dat is juist leuk. Binnenkort komt er een nieuwe mast op, die ben ik aan het bouwen. De oude was verrot.´
Aan reacties geen gebrek als ze ermee varen. ´Van mensen die op zo´n schip geboren zijn of nog weten dat hun opa met eentje voer. Veel dorpsgenoten vinden het mooi voor Zuidwolde dat het schip in het Boterdiep ligt.´
