´Zodra de motor start, begint ook voor mij de ontspanning. Boekingen verwerken en de verdere voorbereiding van de tocht zijn niet mijn favoriete bezigheden.´
Een zondagochtendje mee met de ZK 9 (Antonia) van Eppo Lukkien. Dik twee uur lang het wad op, sleepnetvissen en zeehonden kijken.
De weersomstandigheden kunnen bijna niet beter. Nauwelijks wind, aangenaam zonnetje en niet te warm. ´Dat was gisteren wel even anders. Regen, regen, regen. De mensen waren tot op de huid toe nat´, zegt Eppo.
De 61-jarige Zoutkamper organiseert de tocht in het zomerseizoen een aantal keren per week vanuit Lauwersoog. Daarnaast vaart hij naar eilanden of, zoals eerder deze dag, brengt hij wadlopers naar Brakzand. Vanaf de zandplaat maken ze de overtocht naar Schiermonnikoog. In de middag vaart Eppo naar het eiland om de groep op te pikken in de veerhaven.
Meestal vergezelt zijn vrouw Tonny hem. Deze ochtend zwaait zij de ZK 9 met twintig opvarenden uit. Opstapper is Cor Bolt, geboren en getogen Zoutkamper en tegenwoordig Zeewoldenaar. ´In Amsterdam staat onder een fietsviaduct: Het is niet erg als je weggaat, als je maar terugkomt´, zegt de pensionado. ´Ik heb het grootste deel van mijn leven met zoet water gewerkt – de aanleg van waterleidingen – maar zout water blijft trekken. Mijn hersenen zijn zout, zeg maar. Ik ga graag naar het Noorden en het mooie wad.´
Lauwersoog ligt achter ons. Door de Zoutkamperlaag gaan we richting Kuipersplaat. Geluk hebben we met de zeehonden. Zo´n tachtig liggen te luieren op de zandplaat en dat is bovengemiddeld.
We gaan sleepnetvissen. Eppo laat het net in het water zakken en Cor stort vijf minuten later de vangst in een bak op tafel. De opbrengst van de eerste trek levert veel garnalen op en wat krabbetjes, maar weinig vis. Het blijft bij een tongetje en een harinkje. ´Wel een echte Hollandse Nieuwe´, grapt Cor.
De tweede trek maakt alles goed. Wederom een flinke hoeveelheid garnalen, maar ook een zeester zo groot als een hand van een volwassene, pietermannen (´afblijven, gevaarlijk!), kokkels, krabbetjes, tongetjes, scholletjes, harinkjes, een makreeltje en een heremietkreeft. ´De Waddenzee is de kraamkamer van de Noordzee, dat blijkt maar weer eens´, vertelt Cor de geïnteresseerde opvarenden, twee groepen toeristen en een gezin. De vangst gaat snel weer terug in zee.
Schipper Eppo kijkt vanuit de stuurhut genietend toe. Voor de derde seizoen organiseert hij de tochten met zijn ZK 9. ´Deze kotter, gebouwd in 1914, heb ik gekocht op Terschelling. Hij was al omgebouwd voor dit soort activiteiten. Mijn neven varen met drie schepen, de ZK 10, 11 en 12, daarom koos ik voor de ZK 9. De kotter van Zoutkamper Wessel Westra had dit nummer, maar die is gestopt met vissen.´
´Veertien jaar heb ik gevaren met de historische viskotter ZK 4 van het Visserijmuseum. Aan de restauratie ervan heb ik meegewerkt. Tonny en ik wilden nog een keer wat anders doen, ook omdat ik tegen de zestig liep. Dit leek ons wel wat.´
De belangstelling voor de tochten groeit, maar Eppo en Tonny kunnen er niet van bestaan. Dat hoeft ook niet. Eppo is fulltime sluiswachter. Ambtenaar in dienst van de provincie. Afwisselend werkt hij in Gaarkeuken, Groningen (Oostersluis) en Lauwersoog. ´Dit is onze hobby, ik kan niet stilzitten. En we zijn van het zoute water hè. In het zoute water achter de dijk in Zoutkamp leerde ik zwemmen. Varen en vissen doe ik mijn hele leven. Ik ging op mijn zeventiende van school om te vissen.´
´Dit is puur ontspanning en erg leuk om te doen, ook omdat je alleen maar gezellige en blije mensen aan boord hebt. Die zich verwonderen over de prachtige natuur, zeehonden zien en een idee krijgen hoe vissen in zijn werk gaat. Zelfs op een regendag als gisteren gaan de mensen lachend van boord.´