Al meer dan veertig jaar verzorgt Anton Lergner uit Baflo vaartochten op de Waddenzee. Sinds acht jaar doet hij dat met zijn eigen boot Wadstruner. Zijn matroos Ina kent hij door en door. Andersom trouwens ook. Zij zijn al jaaaaren met elkaar getrouwd.
Op een mooie juni-avond varen Anton (61) en Ina (62) voor Zeehondencentrum Pieterburen naar de Kuipersplaat om twee grijze zeehonden vrij te laten. Acht medewerkers en vrijwilligers van het zeehondencentrum zijn aan boord, samen met een gezelschap Nederlanders, Duitsers en Italianen.
Na een instructiepraatje van Anton vertrekken we om kwart over zeven uit de haven van Lauwersoog. Ina vertelt de opvarenden tijdens de heenreis wetenswaardigheden over het Wad, over de zeehonden en het zeehondencentrum doet Emmy Venema dat.
Ondertussen stuurt schipper Anton zijn boot naar de zandplaat tussen Schiermonnikoog en Ameland.
´Deze passagiersboot is gebouwd voor de hoge zeevaartschool in Rotterdam. Het was een schenking van een weduwvrouw van wie de man verdronken was op de grote vaart. Het is een model bakdekker, met een hoge kop en aflopend. Ik zag hem in Delft liggen.´
´Ik vaar sinds 1981 op de Waddenzee, tot acht jaar geleden altijd voor anderen. Ik had er altijd een vaste baan naast, eerst in de scheepsbouw, daarna als maatschappelijk werker en werkbegeleider. Twintig jaar geleden ben ik daarmee gestopt en een bedrijfje in ongediertebestrijding begonnen. Als het even kan spaar ik de diertjes omdat ze nuttig zijn. Gif gebruik ik zelden. Door het succes van de vaartochten heb ik voor dat werk steeds minder tijd.´
´Kleinschaligheid staat bij mij voorop. In kleine groepjes van 20 tot 30 mensen gaan we de zee op zodat je ze persoonlijke aandacht kunt geven en de beleving het grootst is. En daarbij past de huiselijke sfeer van de Wadstruner, met bijvoorbeeld gratis koffie en thee.´
Het toeval wilde dat thuiszorg-medewerker Ina zeven jaar geleden zonder werk kwam te zitten en Anton op dat moment een matroos zocht. Een dilemma was geboren.
Ina: ´Mijn uitgangspunt was altijd: niet samenwerken op zakelijk vlak. Een relatie is leuk, maar bij een zakelijke relatie komt het een en ander kijken. In de eerste jaren was dat best wennen. Met vallen en opstaan zijn we waar we nu zijn. Anton en ik hebben het samenwerken moeten leren.´
Anton zegt verslaafd te zijn aan de Waddenzee waar geen dag gelijk is. ´Tja, is dit werk of hobby? De meeste mensen zullen zeggen: geen werk. Maar je maakt vaak lange dagen hoor.´
Voor Ina is de passie voor het Wad niet minder. Tot haar achtste woonde ze in Wehe-den Hoorn. Toen de melkfabriek aan de Mernaweg sloot, verhuisde het gezin naar Bedum waar haar vader aan de slag kon bij de DOMO.
Ina en Anton leerden elkaar kennen bij gymnastiekvereniging DIO in Bedum. Anton: ´Ina gaf les aan de meisjes, ik aan de jongens. We zaten beiden in het landelijk jeugdbestuur en gingen samen naar de vergaderingen. Op een bepaald moment sloeg de vonk over. Begin jaren tachtig zijn we van Bedum verhuisd naar Baflo.´
Anton en Ina hebben met de Wadstruner geen dag hetzelfde programma. ´Vandaag hebben we eerst een clubje ambtenaren naar Schiermonnikoog gebracht. En nu deze tocht. We varen het hele jaar door voor Pieterburen. Het komt voor dat we zeehonden in de sneeuw vrijlaten.´
´Morgenvroeg om acht uur zetten we wadlopers af op Brakzand. Later op de dag brengen we een gezelschap met onder anderen deurbroezer Henk de Haan naar Schiermonnikoog en die halen we later weer op. We worden ook ingeschakeld voor asverstrooiing op zee.´
Vol liefde vertelt Anton over de twee tochten die hij elk jaar doet voor kinderen van ouders die zich geen vakantie kunnen permitteren. ´Dat uitstapje vinden de kinderen zo prachtig! Terug op school kunnen ze dan in geuren en kleuren vertellen wat ze allemaal hebben beleefd.´
´Er is veel armoede. Ik ben in de gelukkige omstandigheid dat ik zo´n mooie boot heb en wars ben van luxe. Hoe mooi is het dan om dit met elkaar te delen?´
We zijn inmiddels bij de Kuipersplaat. Anton kiest een gedeelte waar we geen zeehonden kunnen verstoren. Op pakweg 100 meter van de plaat laat Ina het anker zakken.
Anton zet met zijn motorboot de zeehonden en de medewerkers van het opvangcentrum over, daarna is het de beurt aan de andere passagiers.
Direct volgt het moment suprême: de vrijlating van de twee grijze zeehonden, begin dit jaar als pup binnengebracht in Pieterburen. De passagiers staan langs een door Emmy in het zand getrokken streep met de camera´s in de aanslag.
De eerste meters gaan aarzelend, maar dan schuifelen de zeehonden in een gestaag tempo naar zee. De aarzeling keert terug zodra ze het water voelen.
De eerste minuten blijven ze in de buurt rondzwemmen. Ze duiken zelfs nog op bij de Wadstruner, alsof ze graag mee terug willen naar Pieterburen.
Het gezelschap mag nog een halfuurtje over de zandplaat slenteren en genieten van het geweldige uitzicht met (bijna) ondergaande zon.
Door de noordenwind begint het aardig fris te worden. Het is vloed, het water staat inmiddels een stukje hoger. Anton brengt de Wadstruner tot vlakbij de plaat. Via de zeehondenkisten klimt iedereen weer aan boord.
Om kwart over tien, na zonsondergang, zijn we terug in de haven van Lauwersoog. Anton: ´Nu komt het moeilijkste van de hele reis: het aanmeren, vanwege de stevige noordenwind.´
Toch lukt het hem schijnbaar moeiteloos, met hulp van Ina en Emmy en een collega op de steiger.
Enkele tellen later stappen alleen maar blije mensen van boord, een prachtige ervaring rijker.