Martijn ziet zonnige toekomst voor Hoornstertil, het enige overgebleven café aan de Mernaweg

Vijf (huiskamer)cafés op een rij waren er ooit aan de Mernaweg in Wehe-den Hoorn. Eentje heeft de tijd overleefd: café Hoornstertil.

Dankzij Dick Oostenbrink die het in 1991 spontaan kocht, zonder medeweten van zijn vrouw Tity Boersma.

Hun zoon Martijn (43): ´Mijn vader was secretaris van de ijsvereniging die hier al meer dan 150 jaar vergadert. Hij kwam terug van de jaarvergadering en zei tegen mijn moeder: ik heb het café gekocht.´

´Mijn vader werkte in Maastricht, waar hij directeur was van een kunstmestfabriek. Logisch dat mijn moeder vroeg: hoe ga je dat dan doen Dick? Dat weet ik niet, antwoordde hij, maar anders gaat de kroeg dicht.´

De bar en rechts een deel van het 130 jaar oude biljart.

En zo zijn ze al 32 jaar kroegeigenaar. ´Eerst hebben mijn ouders het café verpacht, daarna hebben ze er eigen personeel op gezet. Sinds 2013 run ik het café samen met mijn moeder. Zij draait de maandagavond, als de sjoelclub hier speelt. Mijn vader bemoeit zich nauwelijks met het café. Hij is een zakenman.´

´Ik heb bedrijfskunde gestudeerd in Groningen, tien jaar gewoond in Amsterdam en een jaar om de wereld gereisd. Toen ik terugkwam dacht ik: ja, en wat nu?´

Bruin café Hoornstertil ademt nostalgie en dat moet zo blijven, vinden de eigenaren. ´Het moet lekker huiselijk en no-nonsense zijn. De schilder wilde ooit de scheuren in de deur van de pronkkamer wegwerken. Mijn moeder stak daar een stokje voor. Dit laat zien dat het oud is en leeft, legde ze hem uit. Mijn ouders hebben ook nooit het 130 jaar oude biljart willen vervangen.´

´We zeggen dat het café uit 1684 stamt, maar we steken onze handen er niet voor in het vuur.´
Maar hoe kom je dan aan dat jaartal?
´Dat staat boven de deur.´

In de afgelopen dertig jaar is het café uitgebreid met een terras en serre aan het water. Negen marenboten hebben ze in de verhuur. De voormalige schuur (stal/doorrit) werd omgetoverd tot de Ede Staal-zaal. Met aan de muur portretten van de streektaalzanger of met landschappen uit zijn repertoire. Ook in de kroeg duikt Ede op.

De Ede Staal-zaal.

´Een bezoeker vertelde eens dat hij vijftien jaar eerder tijdens de Grunneger Kroug´n Rally in een café was geweest waar portretten van Martin Luther King en John F. Kennedy aan de muur hingen met nog iemand die hij niet meer wist. Moet je even meelopen, zei ik, ze hangen daar.´ Grappend: ´Was hij de belangrijkste van de drie beroemdheden vergeten!´

Eén portret van Ede Staal, gemaakt door kunstenaar Justus Donker die enkele jaren in het dorp woonde, leidt soms tot discussies. ´Justus heeft van de foto op het album As Vaaier Woorden zwart en wit omgewisseld. De één herkent Ede wel, de ander niet.´

Café Hoornstertil vervult een belangrijke functie, niet in de laatste plaats doordat een dorpshuis in Wehe-den Hoorn ontbreekt. ´Vrijwel alle verenigingen vinden bij ons onderdak. De vissers, de sjoelers, de bridgers, de biljarters, de 50-plusclub.´

Martijn in de serre aan de Hoornse Vaart.

´Het leuke is dat je alle soorten mensen over de vloer krijgt, niet alleen uit het dorp. We moeten het hebben van de verenigingen, groepen en partijen, toeristen, eters en bootverhuur. De ouderwetse kroegbezoeker zie je steeds minder. Mede door het alcoholverbod onder de 18 en het rookverbod bestaat het caféleven van vroeger nauwelijks meer.´

Zijn baan bestaat uit rennen en stilstaan. ´Je maakt lange dagen, maar in de wintermaanden is het over het algemeen rustig. In de zomer ben je vaak de hele dag bezig.´

Op een tafel ligt het prachtige boek Kom vul de glazen (Oude plattelandscafés in Groningen), begin deze eeuw door Nina van den Broek geschreven. Ook Hoornstertil staat erin. ´Als je ziet hoeveel cafés in dat boek inmiddels verdwenen zijn…´

´Over 25 jaar bestaat dit café nog, daar ben ik van overtuigd. We vervullen een belangrijke rol in het dorp en het toerisme groeit. Toeristen ontdekken dat dit best wel een mooi gebied is en de bewoners heel aardig zijn.´