De zwanenringers zijn er klaar voor

Het gezelschap met uiterst rechts Jan Beekman.

Mensen in het Reitdiepdal met verrekijkers, dat moeten vogelaars zijn. Of er een bijzondere vogel gespot is? Ja, jonge zwanen, is het verrassende antwoord.

Het gezelschap natuurliefhebbers bij Hekkum staat op het punt het land in te trekken om zwanen te ringen.

Het gaat om jonge zwanen en een enkel volwassen exemplaar dat nog niet voorzien is van een ring, vertelt Jan Beekman onder wiens leiding de klus geklaard wordt.

Voor hem is het een thuiswedstrijd, hij woont vlak ten noorden van de stad Groningen. ´We komen uit alle delen van de provincie en er is zelfs iemand uit Noord-Holland bij. Soms komen mensen speciaal uit het buitenland om ons te helpen. Dit werk vinden we alleen maar leuk. Buiten zijn en dan lekker fanatiek aan de bak.´

Het is vrijwilligerswerk, daarnaast is Jan in dienst bij Het Groninger Landschap als natuurbeheerder van rayon Zuid, waar het Zuidlaardermeer onder valt. Zwanen zijn zijn grote passie. ´Augustus is mijn vrije maand en ring ik vijf dagen in de week, in september elk weekend. We hebben een poule van veertig vrijwilligers, elke dag gaat er een andere ploeg met mij mee.´

Onze Groninger zwanen gaan best ver

De activiteit gaat uit van de Zwanenwerkgroep van Avifauna Groningen. ´We ringen sinds 1979 zodat we de zwanen kunnen volgen. Jonge zwanen zwerven gedurende vijf, zes, zeven jaar rond, op zoek naar een partner en eigen territorium. Zomers gaan ze naar grote open wateren om te ruien. Hier in Nederland bijvoorbeeld het Lauwersmeer en het IJsselmeer, maar ze trekken ook naar Noord-Duitsland, Denemarken, Schotland en Noord-Frankrijk. Onze Groninger zwanen gaan best ver.´

Het is ongevaarlijk werk, zegt Jan. ´In dik veertig jaar hebben we 28.000 zwanen geringd, dan weet je wel een beetje hoe je het moet doen. Af en toe krijg je een pets van een zwaan en dat leidt dan tot een blauwe plek. Klaar!´

Het is een matig zwanenjaar. Door het koude en natte voorjaar verlieten veel vrouwtjeszwanen voortijdig hun nest. Relatief veel pasgeboren kuikens legden het loodje. ´We zien families waar alle kuikens in leven zijn, maar ook waarvan er nog maar eentje over is. Het lijkt of de zwanenpopulatie stabiel is, maar veel te weinig jonge zwanen worden volwassen om die op peil te houden. Dat tekort wordt nu gecompenseerd door de komst van zwanen van elders.´

Jan is tevreden als hij deze zondag twintig kuikens kan ringen. ´Het aantal wisselt elke dag, het kunnen er ook tien of vijftien zijn. En soms hebben we er wel dertig of veertig.´

Ze gaan tot in de avond door. Zaterdagavond was hij pas rond tien uur thuis. ´We waren al klaar en zagen in een sloot bij bezoekerscentrum Reitdiep plotseling een zwanenpaar met jongen zwemmen in het schemer. Met het lampje van de smartphone erbij wisten we ze toch nog te ringen.´