Joke koestert haar 180.000 ´huisdieren´

´Als iemand mij vraagt hoeveel huisdieren ik heb, win ik altijd´, zegt imker
Joke van der Mark lachend. Haar drie volken tellen zo´n 60.000 honingbijen per volk. Ze beschouwt ze als haar huisdieren. ´Ik heb best wel wat met bijen, ook met wilde.´

Haar kasten staan in haar tuin aan De Akkers, aan de rand van het Eenrumer bos. In het voorjaar maakten ze een uitstapje naar een koolzaadveld bij Ten Post. ´Normaal ben ik niet zo´n reiziger met kasten. Andere leden van imkervereniging Het Hoogeland hebben mij erbij geholpen.´

Haar broer spoorde Joke (47) aan tot deze hobby. ´Jullie hebben hier zo´n mooie plek, neem toch bijen. Het leek ons eerst alleen maar gedoe. Maar mijn man (Peter) ging op imkercursus en ik volgde de cursus specialist bijenproducten en daarna de imkercursus. En als je eenmaal zo´n cursus doet, komt er tóch een volkje in de achtertuin.´

De hobby kost haar meestal een uurtje per week. ´De tijd gaat vooral zitten in het controleren van de kasten, de bijen doen het werk. Controleren of er voldoende ruimte is en geen zwermstemming. Het overkomt iedere imker weleens dat koningin ervandoor gaat met een groep bijen en de honingvoorraad. Dat geeft overlast en decimeert je volk.´

Het snel wisselen van koninginnen maakt een volk onrustiger en onvriendelijker. ´De werksters zijn de baas, maar het volk raakt van slag zonder koningin en is zonder opvolging reddeloos verloren. Het is zaak snel een vriendelijke koningin terug te krijgen. In een woonwijk wil je geen F16´s hebben, zeggen we in de bijenwereld.´

Joke bij de Oase voor wilde bijen en hommels.

Dit jaar zijn Joke en Peter in samenwerking met Landschapsbeheer Groningen en de gemeente Het Hogeland begonnen het veldje naast hun huis om te toveren tot een ´Oase voor wilde bijen en hommels´.

´We hebben enkele weken geleden een bloemmengsel gezaaid. Er komt nog een bijenhotel, een huis met gaatjes waarin ze zich kunnen nestelen. De wilde bij heeft het zwaar en ze zijn toch de bestuivers die we met z´n allen nodig hebben.´

´De wilde bij leeft solitair of in kleine kolonies en heeft een fourageergebied van slechts enkele honderden meters. Dan is de nectar op en moet hij bijtanken. Lukt dat niet, dan keert die niet terug en is het nest verloren. Het is dus zaak genoeg voedselplanten in de buurt te hebben. Ter vergelijking: een honingbij kan 3 kilometer overbruggen.´

Bijenproducten van Joke: honing en een bijenwasdoek.

Joke heeft haar bijen niet alleen voor de honing. ´Bijenwas was ooit het hoofdproduct, monniken hadden dat nodig om kaarsen te maken voor de mis. De was gebruik ik onder meer in zeepjes, handcrème en bijenwasdoeken. Een bijenwasdoek is een katoenen doek die je impregneert met bijenwas en waarin je prima spullen kunt verpakken. Een stuk milieuvriendelijker dan plastic.´

In augustus slingert ze de laatste honing. Ter compensatie van de gewonnen honing geeft ze de bijen suikerwater om de winter door te komen. Liefst 14 kilo suiker per kast.

´In het voorjaar zijn we nieuwsgierig wanneer weer bijen verschijnen. De koningin gaat aan de leg als het eerste stuifmeel komt. Daarom zeg ik altijd: haal paardenbloemen en krokusjes pas weg als ze uitgebloeid zijn. Ze zijn heel eiwitrijk. Bijen hebben dat nodig voor de voortplanting.´

Als je eenmaal die cursus doet, komt er tóch een volkje in de achtertuin

Naast het houden van bijen heeft ze muziek als hobby. Speelt cello en bij muziekvereniging Orpheus saxofoon. Ook is ze mede-initiatiefnemer van Stichting Klassieke Muziek Eenrum. ´Met professionele musici willen we kamermuziekconcerten geven in onze mooie kerk waar te weinig gebeurt. Dat willen we koppelen aan een schoolproject om kinderen te interesseren voor en te leren luisteren naar muziek. De passie aanwakkeren.´

Van huis uit is Joke celbioloog. ´Daar leer je kijken, dat komt in de natuur goed van pas.´ Ze is bij het Universitair Medisch Centrum Groningen hoofd van een afdeling die studenten geneeskunde stimuleert wetenschap te doen naast het dokter zijn.