Een bijzondere combinatie: 32 uur per week is Peter Woddema (63) buschauffeur bij Qbuzz én hij heeft een antiek- en curiosawinkel: De Zaak.
Deze herfstige zaterdagmiddag lopen twee stellen rond in de winkel aan Noorderstraat 8 in Ulrum. Even later vertrekken ze met een partijtje boeken en een glas-in-loodraam.
Het fraaie vensterraam gaat voor 75 euro naar Winsum. ´Een koopje´, aldus Peter. De koopster wil het voor de sier voor haar raam zetten. Er wordt verder niet onderhandeld. ´Ik was ook niet met een lagere prijs akkoord gegaan, want ik had een andere belangstellende voor het raam´, vertelt Peter later. Afdingen gebeurt vaak wel. ´Het ligt aan de mensen of ik hard onderhandel. En als kinderen een boek willen, krijgen ze dat zo van me mee.´
Het is een rustige middag. Het toeristenseizoen is voorbij (´toeristen komen altijd bij me terug´) en dan is er nog dat verdraaide coronavirus. De traditionele aanloop op zaterdagmiddag vanaf drie uur moet Peter voorlopig missen. ´De koffiedrinkers komen altijd langs, een vast groepje bekenden. We zijn dan een soort soos. Doen we altijd buiten omdat er rokers bij zijn.´
Het pand staat van onder tot boven en van voor naar achteren vol met spullen. En dan heeft Peter ook nog een volle opslagloods buiten Ulrum. De Zaak handelt volgens haar eigen website in antieke bouwmaterialen, antiek, curiosa en tweedehands goederen. Alleen kleren en speelgoed zul je er niet te vinden, zegt de ondernemer.
´Van alle objecten weet ik zo ongeveer de geschiedenis. Eigenlijk zit overal een verhaal aan vast. En ik vind sommige zo mooi dat ik ze beslist niet weg doe. Dat GADO-haltebordje of psalmbord met collectezakjes bijvoorbeeld blijven hier hangen. En de orgelpijpen horen in de etalage. Die komen uit een kerkje in Brouwershaven. En dat geldt ook voor de deur die vermoedelijk afkomstig is uit het klooster dat in Molenrij gestaan heeft. Gisteren kreeg ik nog een heel mooi toverlantaarntje in de vorm van kachel. Dat blijft dus van mij.´
Jongens, willen jullie de trein halen?
Als buschauffeur stuit hij onderweg geregeld op voor hem interessante spullen. Soms gaan die mee de bus in. ´Ik zag een keer tijdens een dienst oude deuren bij een woning staan. Ik stopte: wat doe je ermee, vroeg ik aan de mensen die in de woning bezig waren. Weggooien, maar als ik ze direct meenam, mocht ik ze hebben. Ik vroeg aan de passagiers: jongens, willen jullie de trein halen? Ja, zeiden ze. Ik: dan moeten jullie me meehelpen die deuren in de bus te krijgen.´
De Zaak is een uit de hand gelopen hobby. ´Het was allemaal niet de bedoeling. Mijn zwager en ik kochten woningen op om in oude stijl op te knappen. Dat gebeurde ook met dit helemaal verwaarloosde huis. Mijn broer, verhuizer van beroep, raadde me aan om een kringloopwinkel te beginnen. Eigenlijk wilde ik dat niet, maar heb het wel gedaan. Nu kan ik niet meer terug. Maar het mooie is dat ik er niet van hoef te leven. Ik hoef niks, ik mág verkopen.´
De Zaak is donderdagmiddag, vrijdagmiddag en zaterdag geopend. ´Donderdags en vrijdags draai ik een vroege dienst bij Qbuzz, zodat ik ´s middags in de winkel kan zijn.´
Het leeuwendeel van de spullen verkrijgt Peter door inboedels op te kopen. Woningen van overledenen leeghalen en veegschoon opleveren, vaak omdat de nabestaanden ver weg wonen.
Na schooltijd op de knieën naar muntjes zoeken
Geschiedenis heeft altijd al zijn interesse gehad. Zoeken met de metaaldetector is niet voor niets zijn grootste hobby. ´Mijn eerste munt vond ik toen ik 8 jaar was, een halve cent uit 1938, en kort daarna een cent uit 1878. Dat was zo mooi en dan ga je verder hè. Na schooltijd op de knieën naar muntjes zoeken. Later werd het makkelijker door de komst van de metaaldetector.´
´Inmiddels heb ik een mooi collectie munten opgebouwd, waaronder ook veel Groningse. Mijn meest bijzondere vondst is een stempel die ik vond op de plek waar de Tamminaborg in Hornhuizen heeft gestaan. Ik doe hem niet weg. Musea willen die dolgraag hebben, want het was van een Friese edelman die er in de 16de eeuw naartoe was gevlucht.´
Niet alleen op landerijen is hij te spotten met de detector. Goede vondsten doet hij ook achter de dijk, tussen de slaper- en dromerdijk. ´Veel mensen weten dat niet, maar voor de Sint-Maartensvloed van 1686 en Kerstvloed van 1717 was daar volop bewoning.´
