Frans Bongenaar en Monique Duran zijn in hun element op Tammensheerd, de monumentale boerderij uit 1832 tegenover het haventje van Pieterburen. Voor hun vele dieren zal dat niet anders zijn.
Dertig jaar lang werd Tammensheerd gekraakt, waarna Frans (73) en Monique (63) tien jaar geleden eigenaar werden. ´Het was eigendom van de erven van haarkunstenaar Maître Henri. Zijn plan om er een rustplaats voor kunstenaars van te maken, is nooit van de grond gekomen.´
´We woonden al in Pieterburen en het verval van dit pand op zo´n geweldig en fijn plekje deed ons pijn aan het hart. Het was vijf voor twaalf voor de boerderij. Het geheel stond op instorten.´
´De eerste twee, drie jaar hebben we continu gebouwd om verder verval en instorting te voorkomen. We hebben het met liefde voor het pand in oude staat teruggebracht. Dak, plafonds en goten hersteld, muren gestuct, deuren erin gehangen.´
In de opkamer en woonkamer is het koud. IJsbloemen beletten het zicht naar buiten. De witte ´verfspetters´ zijn volgens Frans afkomstig van de vaste bewoner, een kerkuil.
´Deze kamers zijn in vrij authentieke staat. Er is geen gasaansluiting en geen toilet. De potkachel in de opkamer heeft Monique haar hele leven met zich meegezeuld. Om hier te kunnen wonen, zou je alles moeten isoleren, de muren, het dak, het glas. Dat is te kostbaar en gaan wij niet doen. Wij zorgen dat dit kan blijven staan´, aldus Frans.
Frans laat de personeelsgang zien die in een boog om de kamers loopt. Een steile trap leidt naar de meidenkamer. De boerenfamilie Tammens beschikte over een grote kelder. ´Toen wij hier na de krakers kwamen, lag die helemaal vol met deuren, trapleuningen en puin.´
Ze wonen zelf in het voormalige koetshuis, dat beschikt over de modernste voorzieningen.
Op Tammensheerd verzorgen Frans en Monique tientallen dieren die zijn komen aanwaaien, waaronder eenden, hoenders, ezels en schapen. De kudde van 34 schapen begraast onder meer voor Staatsbosbeheer de grond aan de overkant van de weg, om verspreiding van de berenklauw te voorkomen.
´Mensen zijn hier altijd welkom´, zegt Monique. ´In de zomer is het hier de zoete inval. Ze kunnen even zitten, rondkijken, dieren aaien en een boterhammetje eten. In de schuur kunnen ze een oude Disneyfilm bekijken. Als ze een kop soep of koffie willen is dat vaak mogelijk. De opbrengst gebruiken we voor het voer. We gaan voor kleinschaligheid, met twintig mensen op een dag zitten we aan onze taks.´