Ze zat niet bij de pakken neer toen de opdrachten voor haar cateringbedrijf Gekruid & Geroerd door corona ineens wegvielen en vaartochten op de Waddenzee met klipper de Najade (anno 1897) abrupt stopten. Janet Frieling (58) begon met de verkoop van boerderij-ijs. Na de zomer kwam er biologische soep voor in de plaats.
Een bordje langs de Hoofdstraat in Houwerzijl verwijst naar de ´soepautomaat´ van Janet. ´Ik noem het de soepautomaat, hoewel dat het feitelijk niet is. Ik raakte geïnspireerd in een oud dorpje in het oosten van Duitsland waar nog zo´n ouderwetse kauwgomballenautomaat aan de muur hing. Bij mij is geen snoep maar soep te krijgen.´
Achter het huis van Janet en haar partner Hans (Vlasbloem) aan de Gangstraat – het best verborgen straatje van Houwerzijl – staat een vriezer vol met zelfgemaakte biologische soep.
´Emmertjes met 1 liter ingevroren soep verkoop ik, voor 5 euro. De meeste emmertjes komen gelukkig terug, soms met een papiertje erin dat de soep lekker was. Ik wilde juist geen afhaalcatering vanwege de enorme hoeveelheid plastic die ermee gemoeid is.´
De verkoop van de diverse soorten soep loopt als een trein. En dat in een klein dorp. ´Op dit moment heb ik er een klein maandinkomen van, ik hoef geen uitkering aan te vragen en doe wat ik leuk vind. Per week gaat er 50 tot 60 liter door. De helft verkoop ik hier, de andere helft in Niehove, waar bij café Eisseshof een vriezer van mij staat. Daarnaast verkoop ik zelfgemaakte bonbons en ansichtkaarten van foto´s die ik gemaakt heb op het Hogeland.´
Bij de soepautomaat staan kisten vol groenten, waaronder een grote pompoen. ´Daar kom je met een mes bijna niet door. Je kunt hem het beste laten vallen, dan valt-ie uiteen in handzame stukken die in de oven passen. Meerdere mensen ondersteunen mij op een leuke manier, door groente of fruit te doneren. Van een boer kreeg ik wortelen die hij verzameld had voor hij ging ploegen.´
En ze heeft door de verkoop sociale contacten, hoewel ze niet alle klanten opmerkt als ze in huis zit. ´Twee vrouwen die hier met een pitbull kwamen, konden niet verder door onze kat Frummel. Die stond met een hoge rug bij het hek te blazen en heb ik eerst moeten weghalen voor ze verder durfden.´
´En soms fantaseer ik wat. Een jongetje was hier met zijn ouders en mocht de emmertjes soep dragen. Hij liep trots voor ze uit. Dan denk ik: dan ga je niet met je ouders naar de winkel, maar naar de soepautomaat! Wat zou het mooi zijn als dát zijn eerste jeugdherinnering wordt.´